Dinsdag 5 oktober precies klokslag 8.45 uur vertrok ”De Noordster” van Lauwersoog naar Rottumeroog met de zoon van de in 2019 overleden Louis de Jonge aan het roer. Zodra het schip de havenmond passeerde zette het koers in Oostelijke richting. We voeren door kronkelende geulen en ondieptes van het Lutje Wad de  Zuid-Oost Lauwers in. In voorgaande jaren werd meestal onder Rottumerplaat via de geul over het Boschwad gevaren, maar nu volgden we een Zuidelijke route door de Zuid-Oost Lauwers. Langs Noordpolderzijl tot onder het Zuiderduin, dat vroeger nog een onderdeel was van het eiland Rottumeroog. Vooral het laatste gedeelte van de tocht was spannend, omdat hier geen betonning ligt, waarmee de meeste vaarroutes gemarkeerd zijn. Over het ondiepe wantij van het Uithuizerwad bereiken we het Schild, de geul tussen Rottumerplaat en Rottumeroog. Daarna voeren we de Reepriel in, een kleine geul aan de Zuidkant van Rottumeroog. Hier werden we verwelkomd door een groep zeehonden. Ze lagen vlak bij de hier geplaatste “bushalte”, waar we van boord kunnen gaan als het water voldoende gezakt is. Het schip gaat voor anker en de motor valt stil. Nu kunnen we een tijdje genieten van de zeehonden die gewoon hun dagelijkse dingen blijven doen, zoals hobbelen over het wad, om het schip heen zwemmen en lekker van het zonnetje genieten.

Wanneer het water ver genoeg is gezakt en de zeehonden naar een dieper gedeelte in de zee zijn gezwommen, kunnen we van boord. Over de net drooggevallen zandplaat lopen we met zijn allen richting het eiland. Na ca 2 km komt de vogelwachter Emo Klunder (onze gids voor vandaag) ons tegemoet ter begroeting. Gezamenlijk lopen we door tot aan de schuilhut, hier kunnen we onze natte schoenen wisselen voor de meegenomen droge schoenen. Na een korte inleiding van de vogelwachter gaan we via de “Iglo”- waar vogelwachters op Rottumeroog kunnen overnachten – naar De Kaap, het historisch baken uit 1883. Dit is vanwege de sterke afslag aan de noordzijde van Oog al eens verplaatst, maar het is verheugend om te zien hoe er nu na jaren van afslag ook weer nieuw zand is opgestoven tot duintjes aan de noordkant van dit baken. Vanaf hier lopen we vanuit de duinen het strand op. De gids geeft hier uitleg van dingen die gevonden worden op het strand zoals schelpen en stukken veen. Wat verder oostwaarts wordt het strand breder en vandaar lopen we via het duin de kwelder op. Hier genieten we van de prachtige herfstkleuren van nu roodgekleurde zeekraal en de witte pluizen van de zeeaster.  De gids laat ons de bijzondere geur van grijsgroene zeealsem ruiken, in het Gronings bekend als luuzekruud. Op de terugweg nemen we natuurlijk aangespoelde rommel mee, wat altijd een voldaan gevoel geeft. Vanaf de schuilhut lopen we weer richting het schip. Terwijl het water weer opkomt, spoelen we eerst nog even de schoenen af en kleden ons om. Zodra het schip weer vlot is, wordt er aan boord een welverdiende stamppot “mous” (boerenkool) geserveerd. Rond 19.30 uur begint “de Noordster” weer aan de lange terugreis naar Lauwersoog. Onderweg genieten we aan dek van de heldere sterrenhemel. Het schip meert om ca 23.00 uur weer af aan de steiger van de haven van Lauwersoog. Het was een mooie, succesvolle dag voor de vrienden van de Rottums.

Wim Dijksterhuis met aanvullingen van Barwolt Ebbinge. Henk Postma legde de dag vast in een mooie fotoserie.